De Partij van de Arbeid wil een toptarief van 60 procent voor de hoogste
inkomens en de hypotheekrenteaftrek voor die inkomens beperken.
De VVD wil de hypotheekrenteaftrek koste wat kost behouden en snijden in de
sociale voorzieningen aan de onderkant om de arbeidsmarkt aldaar in beweging
te krijgen.
De VVD is mordicus tegen het 60 procent toptarief, en de PvdA is op haar beurt
absoluut tegen het verlagen van uitkeringen.
Paars-Plus
Die partijen staan op sociaal-economische punten dus lijnrecht tegenover
elkaar. En toch gaan ze er na de verkiezingen van woensdag 9 juni gewoon
uitkomen: er komt weer zo’n oer-Hollands uitonderhandeld regeerakkoord. Een
coalitie van VVD/PvdA/D66/Groenlinks lijkt de meest logische optie.
Daarvoor zijn verschillende aanwijzingen. Nederland bevindt zich
sociaal-economisch op dezelfde tweesprong als in 1994, de verkiezingen
waaruit toen het eerste Paarse kabinet van PvdA, VVD en D66 voortkwamen.
De VVD en D66 waren toen het meest hevormingsgezind, de PvdA had een enorme
opdoffer gehad na gedoe over de WAO en was zoekende naar een nieuw profiel.
De PvdA van Wim Kok en de VVD van Frits Bolkestein hakten om electoraal
handige redenen tijdens de campagne stevig op elkaar in, waarbij ze de
verschillen tussen elkaar breed uitmeetten.
Een samengaan van de twee partijen in één coalitie was onmogelijk, zo zeiden
beide heren, de partijen stonden te ver van elkaar af. En dat was ook zo; de
VVD en de PvdA deelden sociaal-economisch weinig met elkaar.
Overeenkomsten
De situatie is nu niet veel anders. Rutte en Cohen hebben elkaar tot vijand
verklaard. Maar wat de coalitievorming straks waarschijnlijk makkelijker
maakt dan in 1994 is dat bijna alle partijen op de een of andere manier
vergaande hervormingen voorstellen, mede dankzij de 20 ambtenarencommissies
die onlangs hun bezuinigingsplannen presenteerden.
Sterker, de middenpartijen PvdA, VVD, Groenlinks en D66 vertonen meer
overeenkomsten dan verschillen. Dat maakt de situatie anders dan in 1994.
Neem de verhoging van de AOW-leeftijd naar 67, het aanpakken van scheefwonen,
verlaging van de eerste belastingschijf, de positie van ZZP'ers versterken,
afschaffing van de aanrechtsubsidie (zelfs de Christenunie is daar nu
voor!), huren die met meer dan de inflatie mogen stijgen, aanpassingen aan
de duur van WW-uitkeringen, veranderingen van de ontslagbeschermingregels
dat geen taboe meer is, loonmatiging, levensloop- en spaarloon-regelingen
aanpassen of afschaffen, het scheiden van wonen en zorg in de AWBZ, en
gerichte efficiënte investeringen in de kenniseconomie.
Op al deze punten verschillen de partijen voornamelijk qua invulling, het hóe.
Verschillen
Je gaat je bijna afvragen waar die partijen het eigenlijk níet over eens
zijn. Alleen de PVV van Geert Wilders en de SP van Emile Roemer zijn de
minder logische grotere partijen voor samenwerking met de PvdA, CDA,
Groenlinks, VVD of D66, aangezien zij op enkele belangrijke punten echt hun
hakken in het zand hebben gezet. Het grootste struikelpunt daarbij is de
verhoging van de AOW.
Met zulke overeenkomsten is het niet zo gek dat de VVD en de PvdA in de media
een groot punt maken van de weinige echt grote verschillen tussen de
partijen. Zoals de hypotheekrenteaftrek, maar ook de marktwerking in de zorg
(waar de PvdA en Groenlinks het vooral eens zijn en D66 meer aan de kant van
de VVD staat), en milieuheffingen voor bedrijven. Daar vindt de VVD het
gecombineerde Groenlinks, D66 en de PvdA tegenover zich, die overlappende
ideeën hebben op dit punt.
Onderhandelingen
Maar zijn dit breekpunten? Vermoedelijk niet. In 1994 liep de eerste
informatieronde tussen PvdA, VVD en D66 stuk. "Zie je wel, het kan
niet, de verschillen zijn te groot", riepen commentatoren in koor. Maar
toenmalig D66-leider Hans van Mierlo trok de koppen weer bij elkaar,
probeerde het voor een tweede keer en na een lange informatie, die
resulteerde in een uitruil tussen de partijen, was daar het eerste Paarse
kabinet.
De VVD weigert van de hypotheekrenteaftrek een breekpunt te maken. VVD-leider
Mark Rutte zegt dat hij dat niet wil doen omdat hij dat een vorm van
'misplaatste stoerheid' vindt, en dat is mogelijk gewoon zo. Maar een
handige bijkomstigheid is wel dat de deur naar tóch een soort van aanpassing
op een kier blijft staan. De PvdA wil wel morrelen aan de aftrek, maar die
niet geheel afschaffen, alleen beperken voor de hoogste inkomens.
En over breekpunten gesproken: de PvdA op haar beurt heeft geen breekpunt
gemaakt van dat nieuwe toptarief van 60 procent voor veelverdieners. Maar de
partij blaast het politiek wel op tot grote proporties, en dus is het straks
een belangrijk punt dat de PvdA kan uitruilen tegen iets anders. Een
concessie van de VVD over de hypotheekrenteaftrek, bijvoorbeeld.
Hoe dan ook, of het nu over een coalitie van PvdA, VVD, Groenlinks en D66, of
VVD, CDA, Groenlinks en D66, of PvdA, CDA en VVD of zelfs CDA, VVD en PVV
gaat: vanaf donderdagochtend is de verbale strijdbijl begraven en wordt het
weer gezellig puzzelen onder formateur Mark Rutte of Job Cohen.
En het gesternte voor een 'Paars-Plus' ligt er sociaal-economisch beter bij
dan ooit tevoren.
Lees ook:
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl